De Carinus is een metgezel van de eik en de beuk en maakt net als de els of berk deel uit van de familie van de Betulaceae-familie. Je herkent hem aan zijn geribbelde stam en de lange kronkelige takken.
• Groei: snel
• Hoogte: tot 25 meter
• Gebladerte: getande, groene bladeren
• Stam: geribbeld
• Schors: glad, mogelijk opgezwollen
• Kleur: grijs