De ceder gedijt het beste in losse grond waar zijn wortels diep kunnen gaan en de mineralen kunnen opnemen. Hij groeit goed in kalksteen of kiezelhoudende grond en is niet goed geschikt voor klei en compacte grond. Hij is zeer goed bestand tegen kou en droogte.
De ceder kan water diep uit de grond trekken. Bovendien is het hout rijk aan oliën.